Slimme en veilige steden zijn ondemocratisch

Slimme technologie wordt veel gebruikt om stedelijke problemen op te lossen, maar dat gaat vaak op een ondemocratische manier. Associate lector Vivien Butot pleit voor de erkenning van kritische betrokkenheid van burgers bij de slimme stad.

De ‘slimme stad’ is de laatste twee decennia een invloedrijk concept voor stedelijk bestuur geworden. De belofte van de slimme stad is dat ‘slimme’ informatietechnologieën en de data die ze produceren actuele en precieze inzichten bieden in het functioneren van stedelijke processen en activiteiten. Die inzichten kunnen gebruikt worden om rationeel en effectief in te grijpen bij problemen.

Maar ook burgers wenden soms slimme technologie aan voor veiligheid

Met dit uitgangspunt wordt ook geëxperimenteerd met informatietechnologie voor het verbeteren van stedelijke veiligheid en leefbaarheid. Beveiligingscamera’s worden bijvoorbeeld aangevuld met bewegings- en geluidssensoren en computersoftware om patronen in bewegingen, geluid en ander menselijk gedrag te analyseren. Zo kunnen drukte, onrust, geweld en inbraken tijdig gesignaleerd en aangepakt worden.

Meestal initiëren overheden, kennisinstellingen en technologiebedrijven dit soort projecten. Maar de populariteit van WhatsApp-buurtpreventiegroepen en slimme deurbellen maakt duidelijk dat burgers soms ook slimme technologie gebruiken voor veiligheid.

Democratisch tekort

Tegenover het enthousiasme over dit soort slimme stedelijke veiligheid staat ook kritiek op het democratische tekort in de slimme stad. Er zijn zorgen over de verborgen winstmotieven van de technologie-industrie die de technologie en knowhow voor de slimme stad ontwikkelen. Ook worden regelmatig zorgen geuit over de implicaties van de slimme stad voor surveillance en privacy en wordt tegengeworpen dat technologie geen neutraal instrument is voor stedelijk bestuur.

Op die manier kunnen sociale en politieke keuzen verscholen raken achter technische systemen

De stedelijke problemen waar slimme technologie een oplossing voor moet bieden, kunnen namelijk op verschillende manieren gedefinieerd, gemeten en geanalyseerd worden, waar meestal techneuten, bestuurders en ambtenaren over besluiten. Op die manier kunnen sociale en politieke keuzen verscholen raken achter technische systemen die simpelweg als ‘efficiënt’ of zelfs als 'neutraal’ worden neergezet.

Het toeslagenschandaal en andere controverses rondom stedelijke algoritmen voor fraudedetectie maken duidelijk hoe dit soort verhulde keuzen vergaande gevolgen voor specifieke groepen mensen kunnen hebben.

Mensen in de slimme stad

Deze kritiekpunten worden geuit in het belang van de mensen die leven in slimmer wordende omgevingen. Toch is weinig bekend over belevingen van de slimme stad van mensen zelf. Ze zijn ook moeilijk te onderzoeken. Termen als slimme stad of slimme stedelijke veiligheid zijn niet algemeen bekend. Bovendien zijn veel technologieën die de slimme stad mogelijk maken onzichtbaar, of ze zijn zo vanzelfsprekend geworden dat men er nauwelijks meer op let en reflecteert.

Weinig transparantie kan leiden tot achterdocht

Om de belevingen van mensen te onderzoeken moeten gelegenheden worden gecreëerd waarin ze zich bewust worden van het idee van de slimme stad en de slimme technologieën in hun dagelijkse leefomgeving. Door onder andere gebruik te maken van scenario’s en datawandelingen heb ik tijdens mijn promotieonderzoek bewoners van Rotterdam uitgenodigd om na te gaan hoe zichtbare en onzichtbare slimme technologieën hun omgevingen en leven beïnvloeden.

Lastig evalueren

Het blijkt voor veel mensen lastig om de slimme stad te evalueren omdat er weinig transparantie is over slimme technologie in stedelijke omgevingen en over toekomstvisies. Dit kan leiden tot achterdocht over de motieven van overheden en bedrijven die de technologie in handen hebben. Ook kan gebrekkige transparantie leiden tot speculaties over verborgen surveillancefuncties van alledaagse objecten en onzichtbare koppelingen van databases.

Toch menen veel mensen dat ze zelf niet veel risico lopen gesurveilleerd te worden, maar bijvoorbeeld bewoners van kansarme wijken wel. Mensen die zelf ervaringen hebben met bijvoorbeeld profilering door bijvoorbeeld politie en beveiligers maken zich daarentegen wel persoonlijke zorgen over de intensivering van dit soort praktijken.

Veel mensen zien het hebben van een smartphone en sociale media niet als een vrijwillige keuze

Wat handelingsruimte in de slimme stad betreft zien veel mensen die beperkt worden door een geleidelijk proces van opname en normalisering van slimme stadstechnologieën en denkbeelden in het alledaagse en institutionele leven. Zo zien veel mensen het hebben van een smartphone en sociale media niet als een geheel vrijwillige keuze. En ook cameratoezicht van overheden, bedrijven en burgers is door de alomtegenwoordigheid ervan moeilijk te omzeilen als je je daar ongemakkelijk bij voelt.

Sceptisch over beloften

Wanneer men de geleidelijke normalisering van deze technologieën extrapoleert naar de toekomst, ontstaat het idee dat bezwaren van nu kunnen worden ingehaald door een geleidelijke gewenning, en dat de slimme stad uiteindelijk onvermijdelijk is. Waar dit bij de meeste mensen leidt tot een soort defaitisme en pragmatische aanpassing aan veranderende normen, komen andere groepen hier juist in het geweer tegen nieuwe slimme technologie.

 Ambtenaren verwelkomen participatie zolang het geen risico vormt voor hun projecten

Tot slot zijn burgers vaak sceptisch over de beloften van slimme stedelijke veiligheid. Ze vinden dat veiligheid zich niet goed leent voor eenduidige definities en kwantitatieve metingen en analyses via slimme technologieën. Sommigen vinden ook dat slimme stedelijke veiligheid de oorzaken van onveiligheid – zoals armoede en een zich terugtrekkende overheid – niet oplost.

Participatie en weerstand

Deze belevingen tonen gelijkenissen met kritiekpunten van experts en geven te denken over de manier waarop nagedacht wordt over democratie in de slimme stad. Een populaire manier om de slimme stad democratischer te maken is door burgers uit te nodigen om mee te denken over nieuwe technologische oplossingen. Participatieve projecten in de slimme stad worden echter meestal beperkt door de kaders van de partijen die dit soort initiatieven organiseren. Zo blijkt dat Nederlandse ambtenaren die zich met de slimme stad bezighouden participatie verwelkomen zolang dit past binnen hun eigen opvattingen van wat redelijk is, en zolang het geen risico vormt voor hun projecten.

 Aanvechtbare kunstmatige intelligentie geeft meer ruimte voor andere belevingen, perspectieven en stemmen

Als alternatief wordt onder de noemer van aanvechtbare kunstmatige intelligentie onderzocht hoe transparantie en verantwoording over de verzameling en analyse van data én de daaruit voortvloeiende beslissingen in te bouwen zijn in technologische ontwerpen. Omdat dit in- én tegenspraak mogelijk maakt tijdens de ontwikkeling en na implementatie van slimme stedelijke oplossingen, geeft het meer ruimte voor andere belevingen, perspectieven en stemmen in de slimme stad.

Veel mensen zien slimme technologie niet als een realistische oplossing voor stedelijke vraagstukken

De premisse van elk participatief project in de slimme stad is echter dat oplossingen voor stedelijke problemen worden gezocht in slimme technologie. Participatie wordt ingegeven vanuit de ambitie een slimme stad te worden, maar de ambitie zelf staat niet ter discussie. Terwijl veel mensen slimme technologie niet zien als een realistische oplossing voor stedelijke vraagstukken en verdere digitalisering met lede ogen aanzien, blijft de dominante insteek dat met de juiste data, codes, algoritmen en ethische overwegingen slimme technologie allerlei stedelijke problemen kan oplossen.

Tien jaar geleden omschreef Evgeny Morozov dit al als een endemisch technologisch solutionisme. Het risico hiervan is dat het gesprek veel gaat over technologie, maar weinig over de specificiteit en politiek van de stedelijke problemen waarvan gepretendeerd wordt dat de technologie er een oplossing voor biedt.

Wie het streven naar een democratische slimme stad echter serieus neemt zal die stedelijke problemen centraal moeten stellen, duidelijk moeten maken hoe slimme technologie zich hiertoe verhoudt, en een alternatieve, ‘niet-technologische’ aanpak altijd in overweging moeten houden.

Vivien Butot is associate lector Social Media, Security & Justice bij Hogeschool Inholland. Hij promoveerde begin dit jaar aan de Erasmus Universiteit met Denkbeelden, ervaringen en controverses: een herpositionering van burgerbetrokkenheid bij slimme en veilige steden.

 

Foto: Tom Page (Flickr Creative Commons)